Het pronkstuk van de Sint-Martinuskerk in Desselgem is zonder twijfel het 17e-eeuwse Van Belle-orgel. Dit beschermde orgel wordt sinds 2001 gebruikt tijdens vieringen en concerten.
Historiek van het Van Belle-orgel
Het doksaalorgel werd in 1680 gebouwd door Jan van Belle. Deze befaamde orgelbouwer, geboren in St.-Winoksbergen, werkte vooral in West- en Frans-Vlaanderen. Het orgel van Desselgem is afkomstig van de Augustijnenabdij van Zonnebeke. Het werd daar besteld door abt Jacobus Piers (1671-1699). Zijn wapenschild prijkt nog bovenaan het orgel, onder de hoede van een engel. Het orgel kwam in 1870 naar Desselgem. In 1873 verbouwde Pieter Loncke het orgel, zodat het hemelse klanken kon voortbrengen. Peter Benoit was ongetwijfeld de belangrijkste orgelspeler die het Desselgemse orgel gebruikte. Hij zei erover "een zeer aangenaam speeltuig in een fraaie kas gestoken".
In 1940 beschadigden bombardementen de orgelkast. Herstellingen werden uitgevoerd, maar vanaf de jaren 1960 werd het orgel toch een stil monument. Zelfs na de bescherming in 1973 bleef het orgel zwijgen tot na zijn restauratie in de jaren 1990.
Omdat het orgel bestond uit twee historisch waardevolle instrumenten, was het onverantwoord één van beide te laten verloren gaan. Het Jan Van Belle-orgel werd in oorspronkelijke staat hersteld en staat nu op het doksaal. Het binnenwerk van het 19e-eeuwse Loncke-orgel werd in een nieuwe kast geplaatst, naar een kopie van een ander orgel van Pieter Loncke. In plaats van één stil monument heeft de Sint-Martinuskerk sinds 2001 twee waardevolle historische orgels. Beide worden gebuikt tijdens vieringen en concerten.